Fijn stof in de lucht kan leiden tot gezondheidsklachten en zelfs tot voortijdige sterfte. Bij ongeveer 1700 tot 3000 sterfgevallen per jaar speelt de relatie tussen voortijdige sterfte en het inademen van fijn stof een rol. Dit blijkt uit epidemiologische studies van het Nederlands Aërosol Programma, waarin RIVM, TNO, ECN en IRAS van de Universiteit van Utrecht samenwerken. Fijn stof is een mengsel van deeltjes van verschillende grootte en verschillende samenstelling. Sommige onderdelen van fijn stof zijn meer schadelijk voor de gezondheid dan andere onderdelen. De bron van fijn stof is waarschijnlijk bepalend voor de schadelijkheid. Zo lijkt fijn stof afkomstig van de uitstoot door verkeer schadelijker voor de gezondheid dan bijvoorbeeld stofdeeltjes afkomstig uit de bodem. Het oorzakelijk verband tussen blootstelling aan de verschillende deeltjes en de mechanismen waarop dit de gezondheid beïnvloed is nog niet duidelijk. Gezondheidseffecten treden niet pas boven een bepaalde drempelwaarde op. Zelfs van fijn stof concentraties ver onder de huidige Europese normen zijn gezondheidseffecten in de bevolking te verwachten. Hierbij is de aard van de deeltjes bepalend voor de schadelijkheid. Metingen wijzen uit dat de afgelopen tien jaar de gemiddelde fijn stof concentraties in Nederland gedaald zijn. Deze daling is tot stand gekomen door het huidige Nederlandse en Europese beleid. In de toekomst zal de fijn stof concentratie hierdoor waarschijnlijk verder dalen. De resultaten van het Nederlands Aërosol Programma worden door de Nederlandse overheid gebruikt bij evaluatie van de Europese fijn stof richtlijn in 2003. De belangrijkste aanbeveling van dit onderzoek is de bestrijding toe te spitsen op de meest schadelijke fractie van het fijn stof. Dit betreft waarschijnlijk met name het dieselroet uit de vervoerssector en fijn stof afkomstig van overige verbrandingsprocessen. Dergelijke bronnen verdienen prioriteit in het beleid voor uitstootbeperking van fijn stof. Daarnaast is het gewenst voor het fijnste stof een aparte normstelling of een meer brongerichte normstelling te ontwikkelen. Ook adviseert het Nederlands Aërosol Programma voorlopig de huidige Europese norm (PM10) als maat voor fijn stof niveaus in de buitenlucht te blijven hanteren. Dit is nu de Europese standaard voor luchtverontreiniging door grove èn fijnere stofdeeltjes. In de toekomst is het gewenst voor deeltjes kleiner dan PM10 een aparte of meer brongerichte normstelling te ontwikkelen. Bron : RIVM